dag 16

 

 

 

Antran, église St.Hilaire

 

 

 

Van Amsterdam naar Santiago de Compostela

 

19 mei Veigné – St.George-lès-Baillargeaux 92 km

Met bewolkte lucht en weinig wind vertrekken we. Na Ste. Maure-de-Touraine met een oud pelgrimshospitium rijden we bij Nouâtre het dal van de Vienne in. Hier en daar zijn grotten te zien in de kalkrotsen. Vaak zijn ze in gebruik als werk- of opslagplaats, maar vroeger werden ze ook bewoond.

Het dal heeft een afwisselende begroeiing en regelmatig zien we de rivier vanaf de glooiende weg. Bij St.Romain-sur-Vienne komen we op een stukje oude Romeinse weg, d.w.z. de weg is al lang begraven onder een dikke laag asfalt maar het traject is nog steeds Romeins.

Via Antran met een heel mooi romaans kerkje bereiken we Châtellerault. Over het fietspad dat aan de  spoorbrug is gehangen komen we in de stad en gaan we op zoek naar de Jacobskerk om een stempel te halen. Op zaterdagmiddag is de curé echter vrij, dus we kijken alleen wat rond in de romaanse kerk met haar mooie tongewelven. De kerk staat ingeklemd tussen de huizen, alleen de gebeeldhouwde façade is goed zichtbaar. Bij de ingang vallen twee Jacobswijwatervaten op, reusachtige schelpen gesteund door een engeltje, kitsch uit de 12e eeuw, al zal het toen wel niet zo opgevat zijn. Voorin staat het bekende beeld van St.Jacob in pelgrimsuitrusting (linksboven).

Wijwatervat in St.Jacobskerk

We gaan verder richting Dissey door het stroomgebied van de Clain. Ook hier weer een afwisselend landschap, al worden de klimmetjes wat venijniger. In Dissey komen we in een wielerwedstrijd terecht en we mogen niet verder. Als ik aan de toeziende officials vraag hoe we kunnen omrijden, blijkt dat niet te kunnen. Gewoon wachten. Maar daar begin ik niet aan. Ik loop langs het afsluithek en stap weer op de fiets, er is geen wielrenner te zien. Achter me hoor ik driftige Franse fluitjes, maar op zo’n moment versta ik even geen Frans. Na 300 meter gaat onze route opzij en kunnen we van het traject af.
                                                                     Châtellerault, Pont Henri IV

Twee km verder blijken we weer op het traject te zitten en nu worden we de berm ingeduwd door boze motorrijders. Paniekzaaiers. Een ouder stel op de fiets schrikt zó dat ze pardoes de struiken met vervaarlijke stekels inrijden. Na de passage van de wielrenners, hooguit 20 man, kunnen we weer rustig verder.

In Dissay is de camping gesloten, maar 4 km verder is er nog een. Tot mijn schrik zie ik dat het een ANWB goedgekeurde camping is. Meestal betekent dat veel Nederlanders, vol met caravans, nauwelijks gras voor een tentje en hoge prijzen. Ook hier is dat weer het geval.